Auxiliaires de temps 'HEBBEN' et 'ZIJN' : ex.4

a. Hij

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

ons op zijn feestje uitgenodigd.
b.

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

jullie al gegeten ?
c. Ik

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

hem gevolgd.
d. We

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

elkaar gegroet.
e. We

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

heel vroeg vertrokken.
f. Sorry, ik

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

je verjaardagsdatum vergeten.
g. Sorry, ik

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

je cadeautje thuis vergeten.
h. Dat

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

nog nooit gebeurd.
i. Ik

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

me niet gehaast.
j. De politie

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

de dief de hele dag gevolgd.
k. De film

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

ons bevallen.
l. Die oude man

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

al veel gereisd.
m. In welk jaar

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

dat boek verschenen ?
n. We

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

tot aan de overkant gezwommen.
o. We

hebben

heb

hebt

heeft

zijn

ben

bent

is

vandaag veel gewandeld.
©2009- ~ LDD-Soft.be